De Britse Supermarine Spitfire stond medio 1942 voor verschillende uitdagingen. Het debuut van de formidabele Focke-Wulf Fw 190 eind 1941 had problemen veroorzaakt voor RAF-gevechtseskaders die de nieuwste Spitfire Mk Vb vlogen. Rolls-Royce-ingenieurs werkten al aan een nieuwe versie van de Merlin met een tweetraps supercharger; de combinatie van de verbeterde Merlin en het Spitfire Mk VC casco in een "stop-gap" ontwerp stelde de RAF in staat om de Fw 190 op gelijke voet te bestrijden. In een tweede ontwikkelingsstroom werkte Supermarine aan een verbeterd, versterkt Spitfire-casco dat verschillende nieuwe functies bevatte en werd ontworpen voor de Merlin 60- en 70-serie motoren. Dit nieuwe casco vormde later de basis voor de Rolls-Royce Griffon aangedreven Spitfires.
Mk IX (type 361):
BS456 UZ-Z of 306(Polish) Toruński Squadron, RAF Northolt, November 1942. A Spitfire IX converted from a Mk VC airframe. A teardrop shaped blister for a Coffman cartridge starter can be seen just behind the propeller. This aircraft carries a 30-gallon “slipper” drop tank under the fuselage.
In the early months of 1942, with the clear superiority of the Focke Wulf Fw 190 over the Spitfire VB, there was much pressure to get Spitfires into production using the new two-stage supercharged Merlin 61 engine. In September 1941 the Spitfire Mk III prototype N3297 had been converted by Rolls-Royce at their Hucknall plant to take a Merlin 60, which had been specifically designed for use in the Wellington Mk VI high altitude bomber.
Bron: Spitfire op Wikipedia
...